Naarmate het geopolitieke landschap van Eurazië verandert—gevormd door Rusland's oorlog in Oekraïne en China's groeiende Belt and Road Initiative—zet Turkije gedurfde stappen richting Centraal-Azië.
Gedreven door diepe culturele banden en strategische ambities, positioneert Ankara zich als een cruciale partner voor de vier Turks-sprekende landen Kazachstan, Oezbekistan, Kirgizië en Turkmenistan. Deze staten streven ernaar hun buitenlandse relaties te diversifiëren en minder afhankelijk te worden van Moskou en Peking.
De ambities van Turkije komen tot uiting in de Midden-Corridor—een oost-west handelsroute die zowel de historische banden met Centraal-Azië weerspiegelt als inspeelt op de huidige geopolitieke verschuivingen. Hoewel Rusland's invasie van Oekraïne de interesse in alternatieve handelsroutes heeft versneld en investeringen uit China en de EU heeft aangetrokken, is de Midden-Corridor geen fenomeen van na 2022. Turkije en zijn Centraal-Aziatische partners hadden al aanzienlijke voorbereidingen getroffen om de corridor operationeel en levensvatbaar te maken. Ook kleinere transitlanden hebben praktische stappen ondernomen om handelsstromen van de Zwarte Zee naar China te vergemakkelijken. Wat we nu zien, is minder een reactie en meer een opschaling van een visie die al in gang was gezet.
Recente Turkse infrastructuurprojecten, zoals de modernisering van havens en spoorwegen die Turkije, Georgië en Azerbeidzjan verbinden, en de ontwikkeling van logistieke hubs rond de Kaspische Zee, hebben de regionale connectiviteit aanzienlijk verbeterd. Tussen januari en oktober 2024 steeg het vrachtverkeer met 68 procent. Deze inspanningen hebben de transittijden al verkort en nieuwe economische verbindingen geopend tussen China en Europa. Goederen die vroeger 35 tot 45 dagen over zee nodig hadden, doen er nu slechts 10 tot 15 dagen over.
Vanuit Europees perspectief biedt de route snellere toegang tot de Zuidelijke Kaukasus, de Kaspische Zee en Centraal-Azië via de havens in Georgië en Turkije. Ondanks voortdurende verbeteringen blijft de Midden-Corridor een multimodale route die afhankelijk is van samenwerking tussen verschillende landen en zowel land- als zeetransport omvat.
Turkije heeft zijn inspanningen gericht op het verbeteren van deze corridor. Diplomatieke contacten met Centraal-Aziatische regeringen tonen duidelijke prioriteiten, namelijk het verminderen van handelsbarrières aan grenzen en het verbeteren van de connectiviteit tussen havens.
Diversificatie: Energie- en economische ambities
Naast de corridor streeft Turkije ook naar energiediversificatie door diepere banden met het Kaspische Bekken. Ondanks de gasvondsten in de Zwarte Zee in 2020 blijft Ankara afhankelijk van externe energiebronnen. Het werkt actief aan projecten zoals de Trans-Anatolische aardgaspijpleiding (TANAP), de Trans-Adriatische pijpleiding (TAP) en de Zuid-Kaukasus pijpleiding om Kaspisch gas naar Europa te transporteren—wat helpt om de afhankelijkheid van Rusland en Iran te verminderen.
Inspanningen om Turkmenisch gas naar Europese markten te brengen, lopen al meer dan drie decennia, maar werden consequent gehinderd door geopolitieke en logistieke uitdagingen. Een van de grootste obstakels waren de gespannen relaties tussen Asjchabad en Iran—een probleem dat nu gedeeltelijk wordt verzacht door swap-deals—en Teheran's eigen ambities om een belangrijke leverancier te worden voor Europa en Turkije.
Recente ontwikkelingen wijzen echter op een verschuiving: in maart 2024 ondertekenden Turkije en Turkmenistan een memorandum van overeenstemming en een intentieverklaring om de samenwerking in de gassector uit te breiden. Dit volgde op een topontmoeting in augustus 2023 tussen de Turkmeense minister van Buitenlandse Zaken Rashid Meredov en zijn Turkse ambtgenoot Hakan Fidan, gericht op het versterken van handels- en economische banden—wat verdere basis legt voor Turkmenisch gas om eindelijk Europese markten te bereiken via Turkije.
Deze stappen weerspiegelen Turkije's bredere doel om zichzelf te positioneren als een energiehub tussen de EU en het Kaspische gebied. In mei ondertekenden Turkse en Azerbeidzjaanse functionarissen een samenwerkingsovereenkomst over gastransit via Azerbeidzjan en Georgië. Dit culmineerde in een overeenkomst op 11 februari tussen Ankara en Asjchabad om Turkmenisch gas via Iran naar Turkije te laten stromen met behulp van de gas-swap aanpak.
In het huidige volatiele energielandschap sluit deze strategie aan bij Turkije's doel om de energiebronnen te diversifiëren en de afhankelijkheid van één enkele leverancier—met name Rusland en Iran—te verminderen.
De Tweede Karabach-oorlog versnelde Ankara's betrokkenheid bij de regio, waarbij Azerbeidzjan in 2019-2020 uitgroeide tot Turkije's grootste gasleverancier. Die samenwerking is sindsdien uitgebreid, met Turkmenistan dat nu een actievere rol speelt. De overeenkomst van januari 2021 tussen Azerbeidzjan en Turkmenistan om gezamenlijk het Dostluk-gasveld te ontwikkelen, zou zelfs het lang besproken Trans-Kaspische pijpleidingproject nieuw leven kunnen inblazen—een project dat lang werd tegengewerkt door Rusland en Iran, die Turkmenisch gas als een bedreiging zien voor hun invloed op de Europese markt.
Militaire samenwerking en politieke afstemming
Turkije gebruikt ook militaire en defensiebanden om zijn aanwezigheid in Centraal-Azië te verdiepen. De steun aan Azerbeidzjan tijdens de Karabach-oorlog in 2020—waar Turkse Bayraktar-drones beslissend bleken—wekte regionale interesse in Turkse militaire technologie. Dit momentum heeft zich sindsdien vertaald in bredere partnerschappen in defensie.
In 2022 werd een overeenkomst bereikt met Kazachstan om de militaire samenwerking op het gebied van luchtvaart en onbemande luchtvaartuigen (UAV's) uit te breiden. Kirgizië en Turkmenistan hebben ook defensiebanden met Turkije nagestreefd. Voor Bisjkek worden Turkse wapens gezien als een balansfactor tegen zowel Tadzjikistan als regionale instabiliteit vanuit Afghanistan.
Op economisch vlak streeft Turkije naar vrijhandelsovereenkomsten en preferentiële handelsdeals met Oezbekistan, Turkmenistan en Kirgizië. Ankara heeft de Economische Samenwerkingsorganisatie (ECO), oorspronkelijk gelanceerd in 1985 met Iran en Pakistan, nieuw leven ingeblazen om meer handel te bevorderen. Hoewel de invloed in het verleden beperkt was, past de heractivatie van ECO in Ankara's bredere oostwaartse strategie.
Hoewel Turkije niet kan tippen aan de economische macht van China en Rusland, benut het sterke culturele en religieuze banden—naast een groeiende strategische relevantie—om commerciële relaties te verdiepen. De export naar Centraal-Azië bereikte in 2022 $12 miljard, een stijging van 30 procent op jaarbasis. De bilaterale handel met Turkmenistan bereikte $2,5 miljard in 2023, met als doel dit cijfer binnenkort te verdubbelen.
Turkije heeft ook vrijhandelsovereenkomsten (FTA's) ondertekend met Kazachstan (2016) en Oezbekistan (2024), waarbij de laatste overeenkomst de banden naar een strategisch partnerschap heeft bevordert. In 2023 bereikte de handel met Kazachstan $6,4 miljard en met Oezbekistan $3 miljard—beide tonen een duidelijke groei ten opzichte van voorgaande jaren.
Verschuivende geopolitiek en kansen
Wat Turkije's aanpak levensvatbaar maakt, is dat Centraal-Aziatische staten—vooral Kazachstan en Oezbekistan—actief op zoek zijn naar diversificatie van buitenlandse partnerschappen. De aantrekkingskracht ligt in het verkrijgen van meer autonomie in economische en politieke besluitvorming. Kirgizië en Turkmenistan volgen dit voorbeeld, met een groeiende voorkeur voor een multi-vector buitenlandbeleid.
Rusland's focus op Oekraïne heeft zijn aanwezigheid in Centraal-Azië verminderd, waardoor ruimte is ontstaan voor nieuwe spelers. Tegelijkertijd blijft China's economische dominantie via de BRI groeien. In deze context presenteert Turkije zich als een meer cultureel verwante, minder imposante partner.
Deze trend wordt geïnstitutionaliseerd via platforms zoals de Organisatie van Turkse Staten (OTS), waar alle Turks-sprekende landen zich hebben verenigd rond een gedeelde visie. Tijdens de OTS-top in november 2024 hebben de leden zich gecommitteerd aan Visie 2040—een agenda gericht op het aanpakken van klimaat-, economische en geopolitieke uitdagingen door middel van Turkse samenwerking.
In veel opzichten vallen Turkije's ambities in Centraal-Azië en het Kaspische gebied vaak samen met westerse geopolitieke belangen, met name in het verminderen van de invloed van Rusland en China in de regio. Zowel Ankara als zijn westerse partners delen een belang in het bevorderen van oost-west connectiviteit—via pijpleidingen, spoorwegen en handelscorridors—die alternatieven bieden voor infrastructuur die wordt gecontroleerd door rivaliserende machten.
Op een breder niveau weerspiegelt Turkije's betrokkenheid het groeiende mondiale belang van Centraal-Azië zelf. In de afgelopen jaren hebben grote mogendheden uit Europa en het Midden-Oosten hun diplomatieke toenaderingen naar de vijf Centraal-Aziatische staten opgevoerd. Deze golf van aandacht is geen toeval: Centraal-Azië bevindt zich nu in het hart van een multipolaire wereldorde.
Turkije's assertieve opmars in Centraal-Azië is een reactie op verschuivende geopolitieke stromingen—en een weerspiegeling van lang gekoesterde ambities. Hoewel het nog steeds aanzienlijke concurrentie ondervindt van Rusland en China, groeit de ruimte om te manoeuvreren.
Door gebruik te maken van culturele affiniteit, strategische geografie en tijdige investeringen in infrastructuur en energie, positioneert Turkije zichzelf als een geloofwaardige en invloedrijke speler in de regio. Het venster van kansen staat open—en Turkije stapt er met vastberadenheid doorheen.