Frankrijk heeft aangekondigd de Palestijnse staat officieel te erkennen, waarmee het zich aansluit bij landen als Noorwegen, Spanje en Ierland. Deze erkenning, die uiterlijk in september tijdens de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties zal plaatsvinden, is bedoeld als politiek drukmiddel op Israël om de oorlog in Gaza te beëindigen en onderhandelingen over een tweestatenoplossing nieuw leven in te blazen.
De erkenning door Frankrijk komt bovenop eerdere stappen van acht EU-landen, waaronder Zweden, Polen en Hongarije, die de Palestijnse staat al sinds 1988 erkennen. Wereldwijd hebben inmiddels 148 van de 193 VN-lidstaten de staat Palestina erkend. Toch blijven enkele westerse landen, waaronder Nederland en de Verenigde Staten, afzijdig.
Nederlandse lijn: erkenning pas als sluitstuk van vredesproces
Het Nederlandse kabinet houdt vast aan het standpunt dat een Palestijnse staat pas erkend kan worden als resultaat van onderhandelingen tussen Israël en de Palestijnen. “Erkenning moet onderdeel zijn van een politiek proces richting een tweestatenoplossing,” aldus een woordvoerder van het ministerie van Buitenlandse Zaken. In het regeerakkoord van september 2024 staat expliciet dat Nederland streeft naar een oplossing die door beide partijen gedragen wordt.
Volgens minister Veldkamp (Buitenlandse Zaken) moeten er eerst concrete afspraken komen over complexe dossiers zoals de status van Jeruzalem, illegale nederzettingen en het Palestijnse vluchtelingenvraagstuk. Pas dan zou erkenning aan de orde kunnen zijn.
Politieke verdeeldheid in Den Haag
In de Tweede Kamer klinkt steeds luider kritiek op het kabinetsstandpunt. GL-PvdA-leider Frans Timmermans noemt de Franse stap “noodzakelijk voor vrede” en beschuldigt het kabinet ervan “weg te kijken terwijl Gaza wordt uitgehongerd”. Ook D66-leider Rob Jetten vindt dat erkenning de enige weg is naar duurzame vrede.
Tegenstanders van erkenning wijzen juist op de aanval van Hamas op 7 oktober als reden om de Palestijnse staat niet te erkennen. PVV-leider Geert Wilders stelt: “Erkenning is een steun aan terroristen.” De PVV, VVD, BBB, NSC en het CDA vinden dat erkenning slechts het sluitstuk mag zijn van een geslaagd vredesproces, geen eenzijdige politieke zet.
Economische belangen en internationale druk
Volgens Erwin van Veen van Instituut Clingendael spelen ook economische belangen een rol in de Nederlandse houding. Nederland is met afstand de grootste buitenlandse investeerder in Israël: bijna twee derde van de Europese investeringen komt van Nederlandse bedrijven, zo blijkt uit onderzoek van SOMO. “Er zijn diepgewortelde belangen in het spel,” aldus Van Veen.
Historicus Peter Malcontent (Universiteit Utrecht) merkt op dat de Nederlandse houding wel enigszins verschuift. Zo pleitte het demissionaire kabinet recent binnen de EU voor herziening van het associatieverdrag met Israël – een ongebruikelijke stap. Toch blijft Nederland vooralsnog vasthouden aan de lijn dat erkenning alleen zinvol is binnen een breder politiek proces.
Protesten en maatschappelijke roep om erkenning
De publieke druk neemt intussen toe. Afgelopen week vonden op tientallen stations in Nederland sit-ins en demonstraties plaats tegen de hongersnood in Gaza. Duizenden demonstranten riepen op tot sancties tegen Israël, het beëindigen van de blokkade en de erkenning van Palestina. In Amsterdam, Utrecht en Rotterdam kwamen honderden tot duizenden mensen samen, vaak zwaaiend met Palestijnse vlaggen en rode kleding als symbool van protest.
De Amsterdamse burgemeester Femke Halsema riep het kabinet op om "de kant van recht en rechtvaardigheid" te kiezen en het geweld tegen Palestijnen in Gaza scherp te veroordelen. Ze benadrukte dat ze daarmee spreekt namens veel Amsterdammers.
Symboliek versus realiteit
De stap van Frankrijk wordt door Israël scherp bekritiseerd. Premier Netanyahu noemt het “een beloning voor terrorisme” en heeft ambassadeurs teruggeroepen. De Palestijnse Autoriteit verwelkomt de erkenning en roept andere Europese landen op het voorbeeld te volgen.
Toch blijft de erkenning voorlopig vooral symbolisch. Zolang de VS vasthoudt aan de lijn dat erkenning pas na onderhandelingen kan plaatsvinden, verandert er weinig op het wereldtoneel, aldus Malcontent. “Maar symboliek doet ertoe,” voegt hij toe. “Juist omdat steeds meer landen volgen. De boodschap is duidelijk: de internationale druk op Israël neemt toe, terwijl Nederland voorlopig aan de zijlijn blijft staan.”